Gebruiksaanwijzing der lyriek
Afbeeldingen
Artikel vergelijken
Samenvatting
Er zijn weinig poëticale teksten die bijna een eeuw na hun eerste verschijnen nog zoveel waarde blijken te hebben als Paul van Ostaijens 'Gebruiksaanwijzing der lyriek'. Vraag een dichter vandaag de dag naar zijn opvattingen over poëzie en je zult er veel elementen in aantreffen die ook al voorkomen in de lezing die Van Ostaijen eind 1925 en begin 1926 in Brussel en Antwerpen hield en die hij in april 1927 publiceerde in Vlaamse Arbeid: 'Het onderwerp van het gedicht is het gedicht zelve'; 'Het is door de mededeling van onbekende resonansen dat de dichter nieuw is en ons de dingen toont als splinternieuwe munt'; 'Vertrekpunt [...] van een gedicht kan aldus alleen zijn een zuiver lyries gebeuren, b.v. dat de dichter [...] van een voorstelling zulke lyriese ervaring behoudt dat hij [...] zijn gedicht organies ontwikkelt'. Het zijn uitspraken die ook nu niet zouden misstaan in een dichterlijke poëtica.
Behalve zeer waardevol is Van Ostaijens 'Gebruiksaanwijzing' tegenwoordig echter ook relatief moeilijk leesbaar. Dat komt deels doordat de Antwerpse dichter zich met opzet omslachtig en haast ambtelijk uitdrukte. Op die manier trachtte hij zijn klacht dat de poëzie door overheden en andere morele instanties in een afhankelijke rol was geduwd, door alleen aandacht aan haar te besteden als zij algemeen belang diende, op parodistische wijze kracht bij te zetten. Meer dan als een tekst was deze lezing aanvankelijk dan ook bedoeld als performance. Vandaar de circusachtige aanhef, gevolgd door een overrompelende en bewust onhandige poging om de poëzie te definiëren. Het was de bedoeling om de luisteraar de eerste minuten van de lezing te desoriënteren, maar op papier loopt de inleiding het gevaar om de lezer in datzelfde tijdsbestek voor zich te verliezen. Daarnaast wordt de leesbaarheid bemoeilijkt doordat de intellectuele voortvarendheid van Van Ostaijen niet altijd vergezeld ging van een taalbeheersing die tegen zijn ambities was opgewassen. Sommige van Van Ostaijens meest uitdagende teksten gaan helaas gebukt onder het feit dat zijn analytische vermogen vele malen groter was dan zijn vermogen om zich helder uit te drukken. Bovendien bevat de tekst talloze verwijzingen naar een poëticale onderstroom in de Vlaamse literatuur van het interbellum die voor de hedendaagse lezer nog maar moeilijk te plaatsen zijn.
Op deze wijze begint Matthijs de Ridder zijn inleiding bij deze spraakmakende lezing van de Antwerpse dichter, een lezing die nog altijd actueel is en waarover in hoger onderwijs en universiteit nog altijd gedoceerd wordt. Dit begin zet de toon voor een fris, verduidelijkend essay dat de historische en literaire context belicht en duistere passages verheldert in klare taal. De uitvoerige annotaties maken de tekst toegankelijk voor een publiek zonder al te veel leeservaring maar ze bieden ook de kenner nieuwe inzichten.
Huis Clos zag het als 'een opdracht' Gebruiksaanwijzing der lyriek voor een nieuw publiek leesbaar te maken en het oude mee te nemen in een onverwacht verrassend leesavontuur.
Auteur
Matthijs de Ridder (1979) is verbonden aan het L.P. Boon-documentatiecentrum en doceert aan de universiteit van Antwerpen, waar hij in mei 2009 promoveerde op het proefschrift Staatsgevaarlik! De activistische tegentraditie in de Vlaamse letteren 1912-1933. Hij publiceerde onder andere: Gaston Burssens, Alles is mogelijk in een gedicht. Verzamelde verzen 1914-1965 ( Meulenhoff/Manteau 2005), Aan Borms. Willem Elsschot een politiek schrijver (Meulenhoff/Manteau 2007) en Ouverture 1912. Literatuur en Vlaamse Beweging aan de vooravond van de Grote Oorlog (AMVC-Letterenhuis 2008).
De Ridder was editeur van Paul van Ostaijens De bankroet jazz, co-auteur van de opstellenbundel De trust der vaderlandsliefde. Over literatuur en Vlaamse Beweging 1890-1940, en Ossenspier en suikerbonen, culinaire anthologie van de Vlaamse Beweging, co-editeur van de brievenuitgave Wanneer van u nog eens een minne-briefje en van de tekstuitgave Als vrouwen beminnen, waarvoor hij ook het nawoord verzorgde. Hij is mede-oprichter en redacteur van De Reactor, platform voor literaire kritiek en nY, tijdschrift voor literatuur, kritiek en amusement. Eind september verscheen Rebelse ritmes. Jazz&literatuur.
Behalve zeer waardevol is Van Ostaijens 'Gebruiksaanwijzing' tegenwoordig echter ook relatief moeilijk leesbaar. Dat komt deels doordat de Antwerpse dichter zich met opzet omslachtig en haast ambtelijk uitdrukte. Op die manier trachtte hij zijn klacht dat de poëzie door overheden en andere morele instanties in een afhankelijke rol was geduwd, door alleen aandacht aan haar te besteden als zij algemeen belang diende, op parodistische wijze kracht bij te zetten. Meer dan als een tekst was deze lezing aanvankelijk dan ook bedoeld als performance. Vandaar de circusachtige aanhef, gevolgd door een overrompelende en bewust onhandige poging om de poëzie te definiëren. Het was de bedoeling om de luisteraar de eerste minuten van de lezing te desoriënteren, maar op papier loopt de inleiding het gevaar om de lezer in datzelfde tijdsbestek voor zich te verliezen. Daarnaast wordt de leesbaarheid bemoeilijkt doordat de intellectuele voortvarendheid van Van Ostaijen niet altijd vergezeld ging van een taalbeheersing die tegen zijn ambities was opgewassen. Sommige van Van Ostaijens meest uitdagende teksten gaan helaas gebukt onder het feit dat zijn analytische vermogen vele malen groter was dan zijn vermogen om zich helder uit te drukken. Bovendien bevat de tekst talloze verwijzingen naar een poëticale onderstroom in de Vlaamse literatuur van het interbellum die voor de hedendaagse lezer nog maar moeilijk te plaatsen zijn.
Op deze wijze begint Matthijs de Ridder zijn inleiding bij deze spraakmakende lezing van de Antwerpse dichter, een lezing die nog altijd actueel is en waarover in hoger onderwijs en universiteit nog altijd gedoceerd wordt. Dit begin zet de toon voor een fris, verduidelijkend essay dat de historische en literaire context belicht en duistere passages verheldert in klare taal. De uitvoerige annotaties maken de tekst toegankelijk voor een publiek zonder al te veel leeservaring maar ze bieden ook de kenner nieuwe inzichten.
Huis Clos zag het als 'een opdracht' Gebruiksaanwijzing der lyriek voor een nieuw publiek leesbaar te maken en het oude mee te nemen in een onverwacht verrassend leesavontuur.
Auteur
Matthijs de Ridder (1979) is verbonden aan het L.P. Boon-documentatiecentrum en doceert aan de universiteit van Antwerpen, waar hij in mei 2009 promoveerde op het proefschrift Staatsgevaarlik! De activistische tegentraditie in de Vlaamse letteren 1912-1933. Hij publiceerde onder andere: Gaston Burssens, Alles is mogelijk in een gedicht. Verzamelde verzen 1914-1965 ( Meulenhoff/Manteau 2005), Aan Borms. Willem Elsschot een politiek schrijver (Meulenhoff/Manteau 2007) en Ouverture 1912. Literatuur en Vlaamse Beweging aan de vooravond van de Grote Oorlog (AMVC-Letterenhuis 2008).
De Ridder was editeur van Paul van Ostaijens De bankroet jazz, co-auteur van de opstellenbundel De trust der vaderlandsliefde. Over literatuur en Vlaamse Beweging 1890-1940, en Ossenspier en suikerbonen, culinaire anthologie van de Vlaamse Beweging, co-editeur van de brievenuitgave Wanneer van u nog eens een minne-briefje en van de tekstuitgave Als vrouwen beminnen, waarvoor hij ook het nawoord verzorgde. Hij is mede-oprichter en redacteur van De Reactor, platform voor literaire kritiek en nY, tijdschrift voor literatuur, kritiek en amusement. Eind september verscheen Rebelse ritmes. Jazz&literatuur.
Productspecificaties
Wij vonden geen specificaties voor jouw zoekopdracht '{SEARCH}'.
Inhoud
- Taal
- nl
- Bindwijze
- Paperback
- Aantal pagina's
- 64
- Illustraties
- Nee
Betrokkenen
- Hoofdauteur
- Paul van Ostaijen
- Hoofdredacteur
- Matthijs de Ridder
- Tweede Redacteur
- Matthijs de Ridder
- Hoofduitgeverij
- Huis Clos, Uitgeverij
Overige kenmerken
- Editie
- 1
- Product breedte
- 113 mm
- Product hoogte
- 8 mm
- Product lengte
- 202 mm
- Studieboek
- Nee
- Verpakking breedte
- 113 mm
- Verpakking hoogte
- 8 mm
- Verpakking lengte
- 202 mm
- Verpakkingsgewicht
- 94 g
EAN
- EAN
- 9789079020157
Je vindt dit artikel in
- Categorieën
- Serie
- Huis Clos Essay
- Taal
- Nederlands
- Boek, ebook of luisterboek?
- Boek
- Beschikbaarheid
- Leverbaar
- Studieboek of algemeen
- Algemene boeken
Kies gewenste uitvoering
Bindwijze
: Paperback
Prijsinformatie en bestellen
De prijs van dit product is 22 euro en 95 cent. Dit is een tweedehands product.Alleen tweedehands
Als nieuw
Op voorraad
Nu besteld, dinsdag in huis
Verkoop door
BoekenBalie NL
- Bestellen en betalen via bol
- Prijs inclusief verzendkosten, verstuurd door BoekenBalie NL
- 30 dagen bedenktijd en gratis retourneren
Shop dit artikel
Over de serie Huis Clos Essay
Rapporteer dit artikel
Je wilt melding doen van illegale inhoud over dit artikel:
- Ik wil melding doen als klant
- Ik wil melding doen als autoriteit of trusted flagger
- Ik wil melding doen als partner
- Ik wil melding doen als merkhouder
Geen klant, autoriteit, trusted flagger, merkhouder of partner? Gebruik dan onderstaande link om melding te doen.