Brown, Dennis
Dennis Emmanuelle Brown wordt in Kingstons getto <br>geboren. Op 10-jarige leeftijd maakt hij zijn debuut op het jaarlijkse West Kingston Charity Ball. <br>Vervolgens toert hij met Byron Lee, King Curtis, Johnny Nash en The Sweet Inspirations. Zijn eerste <br>single is No Man Is An Island, opgenomen voor Coxsone Dodds Studio One-label. Daarna werkt hij <br>met Derrick Harriott, met wie hij Just Dennis maakt. Dennis Brown Super Reggae & Soul <br>Hits is een geliefde en populaire plaat. Met Niney The Observer heeft Brown de ideale producer <br>gevonden, en So Long Rastafari, Westbound Train en vooral Wolf And Leopards zijn van een <br>opmerkelijk kaliber. Uiteindelijk keert Brown weer terug bij producer Joe Gibbs, met wie hij The <br>Best Of Dennis Brown en de uitstekende Visions maakt. Inmiddels verschijnen er vele dubieuze <br>compilatie-elpees op Jamaica. '78 betekent voor 'charmeur extraordinair' Brown de <br>internationale doorbraak. Zijn 12 inch-discomixes How Can I Leave You en Money In My Pocket <br>veroorzaken een sensatie op het Britse pre-releasecircuit. Dennis richt een eigen label op (D.E.B.) <br>en behaalt met The Lovers Rockgroup 15, 16 en 17 grote successen. Ook Junior Delgado en Gregory <br>Isaacs verschijnen met platen op zijn label. Subliem is ook de verzamelelpee Black Echoes en de <br>dub-elpee 20th Century Dubwise. Words Of Wisdom is een tegenvaller en ook zijn discomixes <br>hebben niet de kwaliteit van vroeger, hoewel Ain't That Lovin' You een ondeugende 'toast' van <br>Nigger Kojak bevat. Hij rehabiliteert zich enigszins met Spellbound, alleen in Engeland uitgebracht, <br>waar onder andere de Taxi-single Sitting & Watching op staat. Uit de studio van Joe <br>Gibbs komt dan Foul Play, ook in Nederland uitgebracht. Naast re-makes van oudere nummers <br>staan er overgeproduceerde stukken funk op die het geheel een wisselvallig, maar niet onprettig <br>karakter geven. Zijn beste werk verschijnt ondertussen weer op lokale Jamaicaanse labels. Blood <br>City op Chinna Smiths High Times-label is een flonkerend juweeltje. Love Has Found Its Way geeft <br>zijn internationale visie weer, die Brown met het titelnummer een kleine discohit in de Verenigde <br>Staten bezorgt en een evenwichtiger indruk maakt. Een optreden met Aswad in Amsterdam in <br>februari '83 bevestigt zijn status als begenadigd entertainer die over een fantastische stem <br>beschikt. Op Yesterday, Today And Tomorrow, 'een elpee', zoals Brown formuleert, 'bestemd <br>voor de etnische markt', staan ondertussen toch wat ruigere songs, fraai begeleid door o.m. Sly <br>& Robbie. Voor hun Taxi-label maakt Brown de single Revolution, die door reggae- <br>fanaten algemeen als briljant wordt bestempeld. In de zomer van '83 brengt zijn creatieve <br>activiteit hem een stroom van hitjes, op zijn eigen label Yvonne Special (My Love en I Like It Like <br>That), op Joe Gibbs (Your Love Got A Hold On Me) en op het Newyorkse Tad's-label (Easy Take It <br>Easy). Browns capaciteiten lijken nog lang niet uitgeput en dat bewijst hij door voortdurend met <br>fraaie singles tevoorschijn te komen. The Dennis Brown Collection maakt dat een aantal moeilijk <br>verkrijgbare opnamen uit zijn beste periode met producer Niney weer beschikbaar zijn. Judge Not, <br>die hij samen met Gregory Isaacs deelt, is Dennis Brown Showcasestyle. Revolution bevat tracks <br>van de laatste twee jaar, waaronder het fraaie Revolution pt.2. Satisfaction Feeling toont Brown in <br>zijn 'crooning' stijl. In juni '85 zingt hij een duet met Gregory Isaacs Let Off Sup'm, dat kwalitatief <br>én commercieel hoge ogen gooit. In '86 houdt Brown zijn profiel laag. Hij treedt wel op in de <br>Edenhal, samen met de Wailers, maar maakt een ongeïnteresseerde indruk in een korte show. <br>Wake Up, weer een elpee voor de 'etnische markt', is echter een hele goeie. Met Hold Tight en <br>The Exit bewijst Brown weer enigszins met de moderne ontwikkelingen in de reggae mee te <br>lopen. Hold Tight, voor een groot gedeelte samen met Al Campbell, is opvallend sober en The Exit <br>staat in het teken van Prince Jammy's gecomputeriseerde reggaestijl. Brown tekent hier alleen <br>voor de teksten. The Best, een compilatie van zijn beste A&M-werk, is niet onaardig. <br>Zomer '87 is Brown alweer in Nederland. In '89 komt de kroonprins van de reggae opnieuw in de <br>schijnwerpers met zijn versie van de Commodores-hit Easy. Verder is hij goed op dreef in Big <br>Around, een duet met de 'cool ruler'. Ook Dennis Browns zangcarrière krijgt in Gussie Clarke's <br>Musicworks nieuw leven ingeblazen. De duetzang met Gregory Isaacs in voornoemd raggamuffin- <br>lijflied van '89 levert No Contest op, een voorbode van het fraaie Overproof, met hits als Bubbling <br>Sweet Tonight en Poison, waar Musicworks-topkracht, Home T-lid, zanger, songschrijver, <br>arrangeur en producer Mikey Bennett een juistere toon treft dan op het overgeproduceerde <br>Unchallenged uit hetzelfde complex. Na een overtuigend optreden samen met Freddie McGregor <br>en Marcia Griffiths in Paradiso, schrijft Brown naar aanleiding van de val van de Berlijnse muur het <br>schitterende No More Walls, dat Bennett gebruikt voor zijn 10 variaties op dit riddim, het <br>voortreffelijke One Man, One Vote. Terecht maakt hij Victory Is Mine. <br> <br>Bron: OOR <br>Popencyclopedie
Alle artikelen van Brown, Dennis
Lijst met gekozen artikelen om te vergelijken
- Waar wil je dit mee vergelijken? Je kan in totaal vier artikelen kiezen. Er is nog plaats voor andere artikelen. ander artikel.