Fruitbomen snoeien

Fruitbomen snoeien

Fruitbomen_snoeien.jpg

Hoe en wanneer fruitbomen snoeien?

Het snoeien van je fruitbomen is belangrijk voor een goede oogst. Je kunt fruitbomen onderverdelen in pitvruchtbomen (appel en peer) en steenvruchtbomen (pruim, kers, perzik enz.). Beide soorten moeten op andere momenten gesnoeid worden. Wij geven je graag wat tips over hoe en wanneer je het beste je fruitbomen kunt snoeien.

Snoeien van fruitbomen in het algemeen

In de eerste jaren moet een fruitboom goed groeien. Vruchten zijn hier nog niet aan de orde. Het is vooral belangrijk dat ze groot en stevig worden, zodat hij veel vruchten kan dragen. In de eerste paar jaar ben je vooral bezig met de vormsnoei van de boom. Hij moet vooral robuuste en goedgeplaatste gesteltakken krijgen. Houd voor een open kroon 3 tot 5 gesteltakken aan. Kort daarna de eindscheuten consequent in tot 2 a 3 knoppen. Door te snoeien stimuleer je de groei van de meeste soorten fruitbomen. Dus ook de meeste jonge fruitbomen moet je juist snoeien. De groei van de jonge takken stimuleer je door ze eind winter (als er geen strenge nachtvorst is) stelselmatig in te korten. Zo creëer je een stevig en mooi gevormde fruitboom.

Bij oudere fruitbomen pas je vooral onderhoudssnoei toe. Hiermee houd je de vorm van de boom in stand, begeleid je de boom in de groei en bevorder je de productie van vruchthout. Het is belangrijk dat de boom voldoende licht en lucht krijgt en zorg ervoor dat er een goed evenwicht ontstaat tussen de groei en bloei. Het is daarom ook verstandig om oud hout te verwijderen zoals gebroken en dode takken, takken die dwars door de kroon groeien, waterloten, zieke en scheurende takken. Hierdoor krijgt de boomkruin weer meer licht en kunnen nieuwe scheuten gaan groeien.

Takken van fruitbomen kunnen doorzakken. Dit kan komen door het gewicht van het fruit. Dit gebeurt voornamelijk aan het uiteinde van de takken. Hierdoor kan de groei afnemen en krijg je na verloop van tijd kleinere vruchten. De oplossing kan hier zijn deze tak vervangen door een tak die nog wel voldoende groeikracht heeft. De kans is aanwezig dat op de plek waar de tak naar beneden afbuigt al nieuwe krachtige scheuten zijn ontstaan. Snoei de afbuigende tak tot de goede scheut weg.

Is je fruitboom oud of geven bepaalde takken geen fruit meer, dan kun je een verjongingssnoei uitvoeren. Door een verjongingssnoei toe te passen kan het vruchthout zich vernieuwen. Snoei alle dode, zieke en oude takken weg. Kort daarna de dikke gesteltakken in. Let wel op: het terugsnoeien van de gesteltakken is een drastische ingreep. Houd er rekening mee dat niet alle vruchtsoorten hier van herstellen. Pitvruchten zijn hier beter tegen bestand dan steenvruchten. Snoei nooit teveel in één keer weg (niet meer dan 20% van de boomkruin). Mocht de verjongingssnoei niet helpen, dan kan het zijn dat de fruitboom vervangen moet worden.

Snoeien_bloesem.jpg
Appelboom snoeien

Een appelboom valt onder het type pitvruchtbomen. Het is aan te raden een appelboom twee keer per jaar te snoeien. In de eerste jaren gaat het vooral om de vormsnoei. Zorg dat je een stevig gestel krijgt. De eerste keer snoeien doe je aan het eind van de winter (december tot april). Begin eerst met het wegsnoeien van de waterloten die zijn ontstaan vanuit de stam of de grotere takken. Vaak groeien deze waterloten/twijgen recht omhoog en hebben geen knoppen. Deze kun je wegknippen, aangezien hier geen fruit aan zal groeien. Je kunt deze tot aan de stam wegsnoeien. Deze twijgen kosten de boom vooral energie en die kan beter gestoken worden in de groei van appels. Je kunt er voor kiezen om een aantal waterloten verspreid in de boom tot ca. 2 cm van de stam weg te snoeien. Dan heb je kans dat daar weer vruchthout op gaat groeien.

Vervolgens haal je de dode en zieke takken weg en ook de takken die elkaar kruisen of langs elkaar schuren. Zorg dat je de kroon open snoeit, zo krijgt de boom meer licht en lucht. Groeit een tak de verkeerde kant op? Knip deze dan weg tot een hoogte van vier tot zes knoppen vanaf de stam. Zo heeft de tak weer kans om gezond te gaan groeien.

Naast de wintersnoei die voor de bloei plaatsvindt, kun je een appelboom ook nog een tweede keer snoeien. Deze snoei is niet zo intensief als de eerste snoei. Deze snoei vindt plaats in juni - augustus. Tijdens deze snoei knip je weer de twijgen weg die recht omhoog groeien en geen knoppen hebben. Doordat de appelboom nu bladeren heeft kun je de vorm van de kroon beter zien. Is de kroon goed open of krijgen de onderste takken nog te weinig licht? Knip dan alsnog wat takken weg, zodat de lichtinval beter is.

Met het snoeien van een appelboom is het vooral belangrijk om op te letten wat voor weer het is. Als het regent of vochtig is buiten is het zeker niet aan te raden om je appelboom te gaan snoeien. Wanneer de snoeiwonden te lang vochtig blijven is de boom heel erg vatbaar voor infecties en vruchtboomkanker. Daarnaast kan ook vrieskou de appelboom beschadigen na het snoeien. Ga dus niet snoeien als het overdag vriest. Dit kan vorstschade veroorzaken. Ga dus voor een droge dag en niet tijdens een strenge vorstperiode.

Appelboom_snoeien.jpg
Perenboom snoeien

Een perenboom snoeien werkt eigenlijk hetzelfde als een appelboom snoeien. Hierbij heb je ook een winter- en zomersnoei. De zomersnoei vindt plaats in juni – augustus. De wintersnoei kun je het uitvoeren voor de bloei tussen december en april. Met de wintersnoei is het belangrijk om te kijken naar het weer. Vocht en vrieskou kunnen de perenboom beschadigen na het snoeien. Ga dus voor een droge dag en niet tijdens een strenge vorstperiode.

Met de wintersnoei snoei je de snelgroeiende takken die recht omhoog groeien weg. Deze takken worden ook wel waterloten genoemd. Zorg dat je 1 tot 3 knoppen aan de tak laat zitten en knip de tak boven een knop die naar buiten wijst. Hierdoor kan de tak horizontaal gaan groeien en krijg je een andere hoek. Deze takken zullen het jaar daarop weer bloesem krijgen en ook vruchten.

Vervolgens haal je de dode en zieke takken weg en ook de takken die elkaar kruisen of langs elkaar schuren. Zorg dat je de kroon van de perenboom open snoeit. Zo krijgt de boom meer licht en lucht. Groeit een tak de verkeerde kant op? Knip deze dan weg tot een hoogte van vier tot zes knoppen vanaf de stam. Zo heeft de tak weer kans om gezond te gaan groeien.

De zomersnoei is vooral de vormsnoei van de perenboom en is minder intensief dan de wintersnoei. Hierbij snoei je vooral een deel van de waterloten weg die geen knoppen hebben. Deze hebben vaak alleen bladeren. Als je deze snoeit gaat er meer energie naar de vruchten in plaatst van de bladeren. Zorg wel dat je niet alle bladeren wegsnoeit. Deze zorgen namelijk ook voor bescherming.

Perenboom_snoeien.jpg
Pruimenboom snoeien

Een pruimenboom snoeien mag absoluut niet in de winter gebeuren. Snoei je hem te vroeg in het jaar is de kans op loodglansziekte erg groot. De beste periode is van medio april t/m medio september. Na de oogst is eigenlijk nog de beste periode (augustus/september). Bij een pruimenboom geldt niet dat je door meer snoeien meer vruchten krijgt. Eigenlijk moet je proberen een pruimenboom zo min mogelijk te snoeien. Wil je hem toch snoeien, snoei dan niet meer dan één derde van de takken weg.

De takken die je kunt verwijderen bij een pruimenboom zijn afgebroken, zieke en dode takken, kruisende takken, te dikke takken bovenaan de stam en mogelijke uitlopers aan de onderkant van de pruimenboom. De kroon heeft minder licht nodig dan bijvoorbeeld een appelboom, maar het is wel aan te raden om hier en daar wat takken weg te halen. Zo creëer je wat meer ruimte en wordt de vorm behouden. Kies voor het snoeien van een pruimenboom een droge en niet te koude dag uit, zodat de snoeiwonden snel kunnen opdrogen.

Pruimenboom_snoeien.jpg
Perzikboom snoeien

Een perzik- en nectarineboom moet je niet snoeien in de winter. Je kunt ze snoeien tijdens de bloei, kort na de vruchtzetting (mei) en/of kort na de oogst (eind augustus – begin september). Een perzikboom moet de eerste jaren wel anders gesnoeid worden dan een volwassen vruchtdragende boom.

Een nieuwe, jonge perzikboom moet de eerste één tot drie jaar vooral in vorm gesnoeid worden. Kies drie tot vijf goed geplaatste gesteltakken en maak dit de basis van de perzikboom. Snoei ieder jaar de kleine zijtakken weg. Zodra de perzikboom echt vruchtdragend is (derde/vierde jaar) krijg je een iets andere manier van snoeien. Aangezien perzikbomen op één a tweejarig hout vruchten krijgt moet je het jonge hout behouden.

Snoei gesteltakken met afgedragen hout terug naar de basis (tot op een jonge twijg). Zorg dat de boom open is, zodat hij genoeg zonlicht krijgt. Snoei ook te zware takken na de pluk weg. Hiermee voorkom je dat takken afbreken. Snoei daarnaast altijd de dode, zieke en kruisende takken weg.

Ga je de perzik- of nectarineboom snoeien na de vruchtzetting, knip dan takken weg zonder bloesem. Knip deze terug tot 1 - 3 knoppen om ze te verjongen. Takken die niet vruchtdragend zijn hebben alleen bloemknoppen en geen bladknoppen. Deze takken kun je wegknippen.

Perzikboom_snoeien.jpg
Druif snoeien

Een druif snoeien doe je twee keer per jaar: zomersnoei en wintersnoei. Door twee keer per jaar te snoeien krijg je een goede groei en sappige druiven met veel smaak. De hoofdsnoei van de druif valt in de winter. Dit kun je het beste doen in november/december. Doe dit wel voor de kerst (voordat de sapstroom weer op gang komt) en in een vorstvrije periode. De eerste jaren snoei je vooral om een mooi gestel te krijgen.

Bij een druif die gevormd is kun je het beste snoeien als het blad eraf is. Hierdoor kun je de structuur van de plant goed zien. De basis van de druivenstruik bestaat uit een paar lange hoofdtakken, de zogenaamde gesteltakken. Alle zijtakjes die daaruit komen, snoei je terug tot op twee a vier ogen (verdikkingen). Te oude, slecht geplaatste of zieke takken kun je helemaal wegsnoeien. Hieruit zouden weer nieuwe takken kunnen gaan groeien.

De zomersnoei van de druif is belangrijk voor de rijpping. Door blad en nieuwe scheuten terug te snoeien, gaat er namelijk meer energie naar de druiventrossen. Hierdoor krijg je volle en lekkere druiven trossen. Zorg met snoeien dat je één a twee trossen per scheut overhoudt.

Je mag lange eenjarige scheuten in de zomer flink inkorten. De zijscheuten die het hele groeiseizoen aangroeien, kun je het beste stelselmatig weghalen. Kort ze in tot op één blad. Hierdoor droogt de struik sneller na een regenbui, wat hem minder gevoelig maakt voor schimmelvorming. Daarnaast krijgen de druiven zo meer licht waardoor ze nog lekkerder worden van smaak. De beste periode voor de zomersnoei is mei/juni.

Druif_snoeien.jpg
Kersenboom snoeien

Een kersenboom snoeien gebeurt vanaf half april (na de bloei) tot half september (na de oogst). De beste tijd om te snoeien is na de oogst. Een kersenboom is extra gevoelig voor ziektes vandaar dat je deze zeker niet in de winter moet snoeien. Voordat je je kersenboom gaat snoeien is het goed om te kijken of je een kersenboom hebt met zoete of zure kersen.

Een jonge zoete kersenboom snoeien doe je vooral om een goede vorm en een goed gestel te krijgen. Dit is het beste om in maart te doen. Het is belangrijk bij de eerste keer snoeien om 4 of 5 hoofdgesteltakken aan te houden. Dit zijn de sterke, stevige takken die goed omhoog groeien. Deze zullen de kroon van de boom gaan vormen. Vaak groeien er laag op de stam ook ook zijtakken, deze mogen op zo’n 7 cm van de hoofdstam worden afgesnoeid. Deze kun je een jaar later bij de stam wegknippen.

Vanaf het tweede jaar kunnen de gesteltakken tot de helft of 2/3 worden ingekort. In het derde jaar kies je per hoofdgesteltak 2 zijscheuten die mogen uitgroeien tot volwaardige zijtakken. Snoei deze weer tot de helft of 2/3. Alle andere zijtakken kun je afknippen tot een lengte van 8 tot 10 cm. Op deze takken gaan zich bloemknoppen ontwikkelen en later de vruchten.

Na het derde jaar is het gestel van de boom grotendeels gevormd en hoeven de gesteltakken nog maar minimaal gesnoeid te worden. Verwijder dan alleen nog dood, beschadigd of kruisend hout uit de kroon. Verkeerd groeiende zijtakken binnen de kroon mogen wel weggeknipt worden. Zo voorkom je dat de kroon te vol wordt.

De zure kersenboom snoeien gebeurt eigenlijk op dezelfde manier, alleen moet er hier meer gelet worden op een evenwichtige verdeling en verjonging van de takken. Dit is nodig omdat de zure kers alleen bloesem en vruchten zal geven op nieuwe takken die een jaar eerder zijn gevormd. Oude zijscheuten kun je het beste jaarlijks terugsnoeien. Hieruit zal de tak weer gaan groeien en vruchten krijgen.

Kersenboom_snoeien.jpg
Vijgenboom snoeien

Een vijgenboom snoeien kun je het beste doen in de rustperiode van de boom. Nadat de bladeren zijn gevallen. De rustperiode loopt van november tot februari. Vriest het in deze periode, stel de snoei dan even uit. Een vijgenboom is een snelle groeier. Mocht hij te snel gaan groeien en hij is in de zomer teveel gegroeid, dan kun je in de zomer nog een keer snoeien en een paar takken weghalen.

Let wel op dat je bij het snoeien van een vijgenboom handschoenen draagt. Bij het snoeien komt er een witachtige sap vrij die een allergische reactie kan veroorzaken of de huid kan gaan irriteren.

Hoe je een vijgenboom moet snoeien is afhankelijk van zijn plek in de tuin. Je kunt een vijgenboom vrij in de tuin plaatsen of tegen een muur een plaats geven. Beide groeiwijzen hebben een andere manier van snoeien. Bij het snoeien van een vrijstaande boom is het van belang dat hij een echte stam heeft. Heeft hij dit niet dan moet je de eerste twee jaren de stam gaan vormen. Dit doe je door in februari alle zijtakken weg te snoeien.

Vanaf het derde jaar ga je elke tak die bovenaan is gaan groeien tot ongeveer de helft terugsnoeien. Let op dat je dit doet boven een knop die naar buiten is gericht. Zo worden er zijtakken gevormd en krijg je een mooie volle boom. Hierna hoef je de boom een aantal jaar niet te snoeien en kan hij volop gaan groeien. Om de boom netjes in vorm te houden is het ook van belang overtollige, dode of kruisende takken terug te snoeien tot op één of twee knoppen.

Een goede basisvorm is belangrijk bij het snoeien van een vijgenboom die tegen de muur staat. Je kunt het beste de vijgenboom in een waaiervorm laten groeien. Snoei in februari alle takken die tegen de muur aan leunen tot ongeveer de helft terug. Doe dit elk jaar totdat de muur vol gegroeid is. Daarna kun je het beste twee keer per jaar gaan snoeien.

In juni snoei je de jonge takken tot de helft. In november snoei je de takken die vruchten gehad hebben kort terug tot ca. 5 cm. Om de boom netjes in vorm te houden is het ook van belang overtollige, dode of kruisende takken terug te snoeien tot op één of twee knoppen.

Vijgenboom_snoeien.jpg
Notenbomen snoeien

Een notenboom heeft over het algemeen niet veel snoei nodig. Bij de meeste notenbomen is het al voldoende om alleen af en toe kruisende, beschadigde of zieke takken weg te halen. Bij jonge bomen is het wel aan te raden te snoeien. Dit is met name om een goede vorm te krijgen. Daarnaast zorg je er met snoeien dan ook voor dat de energie van de boom naar de noten gaat en niet alleen maar gebruikt wordt voor de groei.

Een walnotenboom snoeien hoeft niet of nauwelijks. Wil je hem toch snoeien, doe dit dan direct na de oogst zodra de noten en bladeren zijn gevallen (september/oktober) of net voor de winter (nooit in het voorjaar). Het is belangrijk de boom te snoeien vlak voordat hij in winterrust gaat. Op dat moment is de sapstroom al teruggelopen. Notenbomen staan erom bekend dat ze erg kunnen bloeden.

Tip: snoei eerst een kleine tak af voordat je de hele boom gaat snoeien. Als de snoeiwond de volgende dag is opgedroogd en de boom niet meer bloedt, dan kun je verder gaan met snoeien. Blijft de snoeiwond vochtig, dan kun je beter nog even wachten.

Een hazelaar of ook wel hazelnotenboom hoeft alleen maar ter verjonging gesnoeid te worden. Je kunt eventueel ook takken die elkaar kruisen wegsnoeien. De beste snoeiperiode is januari/februari of juni. Wanneer je een hazelaar goed terugsnoeit kan het wel weer enkele jaren duren voordat hij weer noten geeft.

Een kastanje snoei je vooral om de vorm te begeleiden. Snoeien doe je in zijn rustperiode in de herfst en winter. In deze periode zijn de sapstromen tot rust gekomen. Dit geldt voor de tamme kastanje en de paardenkastanje. Beide bomen kunnen in de zomer een zomersnoei krijgen. Je kunt in deze periode eventueel scheuten wegsnoeien.

Een pecannotenboom kun je het beste van maart tot begin april snoeien. Om een jonge boom een mooie vorm te geven kun je de onderste takken snoeien. Oudere pecannoten hebben deze vormsnoei niet nodig. Hierbij is snoeien alleen nodig om zieke of beschadigde takken weg te halen.

De amandelboom kan zowel in de zomer als direct na de oogst gesnoeid worden. In de zomermaanden kun je goed zien waar de boom vruchtdragend is. Zo kun je makkelijk de niet vruchtdragende takken snoeien. De amandelboom kan nog wel eens recht omhoog groeien. Wil je een mooie vorm behouden, dan kun je eventueel recht omhoog groeiende takken terugsnoeien.

De beukenboom kan zowel in een struik of als boom groeien. De snoeimethode is bij beide dan ook verschillend. Mocht je een struik hebben of willen dan kun je deze het beste snoeien in maart. Snoei de beuk rondom bij door takken een halve meter terug te snoeien. Als je de beuk als boom wilt, dan kun je deze het beste snoeien in de wintermaanden. Geef de boom een vorm die jij mooi vindt. Snoei overbodige takken weg, takken die recht naar boven groeien en takken die ziek zijn.

Notenboom_snoeien.jpg

Goed snoeigereedschap

Het belangrijkste als je gaat snoeien is toch wel het gereedschap. Schoon en scherp gereedschap mag niet ontbreken als jij je fruitbomen gaat snoeien. Per snoeiklus kan het soort snoeigereedschap dat je nodig hebt verschillen. Een goede snoeischaar, takkenschaar of misschien zelfs een zaag. Daarnaast geldt er voor snoeigereedschap ook dat het lekker in de hand moet liggen en niet te zwaar is. Moet je een hoge boom snoeien is licht gereedschap prettiger om mee te werken.