Girl Happy

Typische Elvis-film, uit het midden van de jaren zestig, geproduceerd door Joe Pasternak (1901-1991), naar een flinterdun, doch origineel verhaal/scenario van Harvey Bullock en R.S. Allen, met wellicht als grootste verrassing: Elvis in travestie! Hoewel deze film, onder regie van Boris Sagal (1923-1981), best mag worden gezien als plezierig vermaak, zat Elvis Presley, dankzij zijn geslepen 'Nederlandse' manager, hopeloos vast aan een Hollywoodcontract, dat hem welliswaar een riant salaris opleverde, maar creatief en muzikaal gezien dodelijk was voor zijn carrière. En dat in een tijd waar The Beatles zijn absolute nr.1 status in Amerika bedreigden. Geloof het of niet, maar naar verluidt zou juist deze film een antwoord moeten zijn op de Britse muzikale invasie! Elvis Presley (1935-1977) speelt de zanger Rusty Wells die in opdracht van nachtclubeigenaar 'Big Frank', vertolkt door Harold J. Stone (1913-2005), min of meer gedwongen wordt diens aantrekkelijke dochter, gespeeld door Shelley Fabares (tevens te zien in de Elvis-films "Spinout" en "Clambake"), van een afstand in de gaten te houden tijdens haar paasvakantie te Fort Lauderdale. Maar het is de vraag of hij hiervoor nou juist de aangewezen persoon is? In de redelijke cast verder nog onder ander Gary Crosby (1933-1995), zoon van de wereldberoemde Bing, als bandlid Andy, voormalig kindacteur Jimmy Hawkins (was één van de kinderen van George Baily in de ultieme kerstklassieker "It's a Wonderful Life" van Frank Capra met James Stewart in de hoofdrol) als Doc, Nita Talbot (zij zingt het nummer "Good Love") als Sunny Daze, Mary Ann Mobley als Deena, Peter Brooks als de nerd Brentwood Von Durgenfeld en een leuk optreden van Jackie Coogan (1914-1984), beroemd geworden door zijn titelrol in "The Kid" van Charles Chaplin, als de ietwat te voortvarende politie-sergeant Benson. De prima kleurenfotografie werd verzorgd door cameraman Philip H. Lathrop, terwijl de originele muzikale score werd geschreven door componist George Stoll. Maar het gaat natuurlijk om de Elvis songs: "Do the Clam", "Cross My Heart and Hope to Die", het ondeugende "Do Not Disturb", "Spring Fever", "Wolf Call", "Fort Lauderdale Chamber of Commerce", "I've Got to Find My Baby", "The Meanest Girl in Town", "Startin' Tonight", de bescheiden hit "Puppet on a String" en het titelnummer. "Girl Happy" bracht best nog wat geld in het bioscooplaadje, maar was uiteraard geen afdoende antwoord op The Beatles. Gary Crosby roept in deze film: "The King is Dead!". Ironisch bedoeld of niet? Het geduld van de pure Elvis-fan werd danig op de proef gesteld tot 1968....het jaar van zijn legendarische comeback!