Manuel Tomadin - J.S. Bach: Trio Sonatas Bwv 525-530 (CD)

Hoogtepunten van virtuositeit in Bachs output en het barokke orgelrepertoire, in nieuwe opnamen door een organist met een rijke succescatalogus op Brilliant Classics op zijn naam.

Naast een groot aantal obscure componisten heeft Manuel Tomadin veel centrale figuren in het orgelrepertoire opgenomen, van Buxtehude tot Rheinberger. Zijn Bach-discografie omvat de Leipziger Choräle, BWV 651-667 (94556) en een origineel album 'Harmonic Seasons' (95786) waarin preludes en fuga's worden gecombineerd met koralen die een verhaal vertellen van wedergeboorte en rust gedurende de vier seizoenen.

Voor zijn laatste album wendt hij zich tot de onbetwiste hoogtepunten van het repertoire: de verzameling van zes driedelige sonates die Bach eind jaren 1720 samenstelde. Tegen die tijd had hij zich gevestigd als kapelmeester in Leipzig, en met deze reeks werken wilde hij duidelijk zijn bijdrage leveren aan de reeds rijke literatuur van triosonates die enkele decennia eerder in Italië was ontstaan en zich vervolgens over heel Europa verspreidde, als een middel om sacrale en wereldlijke scheidslijnen te overschrijden met muziek die was ontworpen voor uitvoering door één klavierspeler of een kamermuziekgroep.

Als Bach was hij echter vastbesloten om niet zomaar een nieuw deel in de bibliotheek te produceren. Hoewel hij het materiaal voor de triosonates ontleende aan eerdere stukken, verfijnde en paste hij ze aan met alle vindingrijkheid en harmonische inventiviteit waarover hij beschikte, waardoor de uiteindelijke set behoorde tot de meest veeleisende stukken die ooit voor het orgel zijn geschreven, toen of nu.

De triosonates worden dan ook vaak uitgevoerd door een trio van kamermusici, maar er is een bijzondere frisheid en virtuositeit te proeven wanneer ze, zoals hier en zoals oorspronkelijk bedoeld, door één organist worden gespeeld. Zoals Manuel Tomadin in zijn waardevolle booklet introduction opmerkt, lopen de zes sonates het hele spectrum van expressieve gevoelens af, van een zwaarte van pathos in het centrale Largo van de C-klein Sonate No.2 tot de onstuitbare vreugde van de finale van de C-groot No.5. Hij heeft deze nieuwe opnamen gemaakt op een instrument met een uitstekende Bachiaanse stamboom: het Bosch/Schnitger-orgel (1686/1720) van de Hervormde kerk in het Nederlandse Vollenhove, en het boekje bevat een volledige specificatie van het instrument.