Schrijverstypen de moderne auteur tussen individu en collectief

In Schrijverstypen passeren schrijvers uit de negentiende en twintigste eeuw de revue: Nederlandse, Vlaamse en een enkele buitenlander, bekende en onbekende, individueel of groepsgewijs. Niet de schrijvers zelf staan centraal, maar de vormen van auteurschap die zij vertegenwoordigen en de collectieve representaties die daarbij een rol spelen. Het uitgangspunt is dat schrijvers hun individuele zelfpresentatie vormgeven naar meer algemene typen of modellen zoals die op een bepaald moment in de tijd circuleren. In negentien bijdragen wordt onder meer stilgestaan bij de romantische auteur, de reiziger, de profeet, de socialistische dichter, de avant-gardist, de journalist, de academische schrijver, de ballingschrijver en de zondagsdichter. Het boek wil niet zozeer een staalkaart van typen leveren, maar laten zien wat onderzoek op het snijvlak van individuele auteurspresentaties en collectieve auteursmodellen te bieden heeft. Inhoud: ERICA VAN BOVEN/PIETER VERSTRAETEN, Inleiding JANNEKE WEIJERMARS, De romantische auteur. Prudens van Duyse (1804-1859) LUT MISSINNE, De reizende schrijver in de spiegel MARY KEMPERINK, 'Geen grooter onzin dan dat de tijd der profeten voorbij is'. De zelfpresentatie van Frederik van Eeden: kunstenaar, wetenschapper en wereldhervormer in één HUBERT VAN DEN BERG, Goot auteur in een Grote Oorlog. Over de uitgave van Albert Verweys Gedichte bij Insel-Verlag tijdens de Eerste Wereldoorlog DICK VAN HALSEMA, 'De eigenaardige mentaliteit van Dr. Leopold'. De afzijdige dichter GEERT BUELENS, De socialistische dichter HANS VANDEVOORDE, Tussen club en salon. August Vermeylen als netwerker? SJOERD VAN FAASSEN, De avant-gardist: I.K. Bonset RALF GRÜTTEMEIER, De journalist KRIS HUMBEECK, Marnix Gijsen: opkomst en neergang van een kosmopoliet MATHIJS SANDERS, De grootauteur HERBERT VAN UFFELEN, Lucebert: de stem van een generatie BART VERVAECK, De academische schrijver: tussen homologie en distinctie JAAP GOEDEGEBUURE, Schrijver, priester, politieagent. Frans Kellendonk als cultuurcriticus BAREND VAN HEUSDEN, Speelgenoten. Julio Cortázar en Carol Dunlop, De astronauten van de kosmosnelweg SANDRA VAN VOORST, De ballingschrijver Kader Abdolah DIRK DE GEEST, 'Van dichten comt mi cleine bate'. De zondagsdichter KEES VAN REES, Institutionele logica's. Een perspectief op het culturele veld WILJAN VAN DEN AKKER, Giza Ritschl en de nationale wetenschapsagenda. Een essay